Home Multitest: 8 high-end versterkers tussen de 2500 en 4000 Euro

Multitest: 8 high-end versterkers tussen de 2500 en 4000 Euro

58
collage-shot-kantoor

Arcam SR250

arcam-sr250

 

De Arcam is een beetje het buitenbeentje in deze test. Het betreft namelijk een AV-versterker waar de Britten op een goede maandagmorgen besloten om de extra surround versterkers maar gewoon weg te laten. Of misschien waren er simpelweg onvoldoende speakerconnectors voorradig. Kan best. En dan is ineens een AV stereoversterker geboren. In Engeland mag dat. En dat vinden we met z’n allen ook heel gewoon. Als we eerlijk mogen zijn, is hier ook iets voor te zeggen. Niet iedereen heeft behoefte aan een meerkanaals weergave, maar soms wel aan een apparaat dat dienstdoet als centraal zenuwcentrum in de woonkamer.

Om te beginnen is deze Arcam groot. Groot, zwaar en vooral erg zwart. Het front oogt netjes en opgeruimd. De volumeknop, display en bedieningstoetsen zijn netjes gecentreerd gepositioneerd en maakt een verzorgde indruk. De styling? Tja, dat is nogal smaak gebonden. Behalve van de grootte zijn we er wel van gecharmeerd; niet te veel gedoe.

Class G

Arcam past een klasse-G eindversterker toe in de SR250. Klasse G versterkers bieden, volgens de fabrikant, al het goede van een klasse A versterker en de efficiency van een klasse D. Het beste van beide werelden zult u denken. Deze indruk hebben wij er wel van. Op papier in elk geval. Qua uitgangsvermogen heeft de SR250 ‘slechts’ 90 Watt aan 8 Ohm, maar of het ‘papieren’ uitgangsvermogen er bij deze Arcam echt toe doet…

Nu is het een geïntegreerde versterkertest en ook op dit vlak springt de SR250 een beetje uit het gelid. Waar de Arcam zich op het eerste gezicht presenteert als de bescheidenheid zelf, gaat er achter deze façade een complexe persoonlijkheid schuil. De Arcam is namelijk begaafd met erg veel geïntegreerde functionaliteit. Zoveel functionaliteit dat deze uitsluitend goed is te bedienen met de meegeleverde multifunctionele en programmeerbare remote en de televisie. We besluiten de televisie er even aan te koppelen om de basisinstellingen te controleren en waar nodig aan te passen op onze testsituatie. Het on-screenmenu is redelijk spartaans uitgevoerd en de navigatie is soms wat wennen, maar het voldoet.

Nadat we de SR250 op zijn ‘definitieve’ plek hebben getild beginnen we met de eerste verkennende rondjes. Al snel ervaren we het enorm complexe karakter van de Arcam en beseffen ons dat de remote cruciaal is; deze is broodnodig om lekker met de SR250 te kunnen werken. Configuratie via een webbrowser was wellicht een nuttige optie geweest voor de SR250.

Functionaliteit

arcam-sr250

Draaien we de Arcam om en bestuderen we het achterpaneel, dan komt de ware aard van de Arcam naar voren. Zoals een waar AV-centrum betaamt, is er geen plekje onbenut gelaten om er een aansluiting te situeren. Zo ongeveer alles is aan de SR250 te knopen, mits single-ended. Of digitaal (coaxiaal en Toslink). Gebalanceerde in- of uitgangen zijn helaas niet voorhanden. Ook ondersteunt de SR250 verschillende Dolby en DTS formaten. Deze worden overigens keurig gedownmixed naar stereoweergave.

Op het achterpaneel tellen we maar liefst zeven HDMI in- en drie uitgangen waarvan er een is bestemd voor een tweede zone. Vervolgens zes single-ended lijningangen en vier coaxiale alsmede twee optische digitale ingangen. Een USB aansluiting voor het afspelen van een storage stick, een RJ45 netwerkaansluiting, een FM/DAB antenneaansluiting, een RS232 poort, een viertal triggeraansluitingen en een zes volt gelijkspanningsaansluiting in 3,5mm jack formaat sommen we ook nog even op. De Arcam heeft tevens twee subwoofer aansluitingen en eveneens twee single-ended pre-outs voor een additionele stereo eindversterker. De speakerterminals zijn enkel uitgevoerd en zijn van uitstekende kwaliteit.

 

Aan de voorkant vinden we tenslotte een hoofdtelefoonaansluiting en een handige aux ingang. Omdat het esthetisch waarschijnlijk mooier is, in 3,5mm jack formaat.

Erg veelzijdig

Interessant punt. Arcam betitelt analoge signalen als ‘analogische’ signalen in haar gebruiksaanwijzing met het formaat van een royale bedrijvengids. Alle ‘analogische’ signalen worden door de SR250 omgezet naar digitaal formaat alvorens deze door de Arcam worden bewerkt. We kunnen de Arcam ook in directe modus schakelen waarna de complete digitale conversieslag wordt uitgeschakeld en de analogische signalen op een volledig analogische wijze worden afgehandeld. De coaxiale en optische digitale ingangen worden hiermee overigens geheel uitgeschakeld. Analogisch toch?

De SR250 kan zo verschrikkelijk veel, dat we hier met gemak tot Kerst 2019 over kunnen blijven schrijven. Zeker wanneer we – alle – mogelijkheden de revue willen laten passeren. We hebben echter een deadline te halen dus dit laten we maar achterwege. We lichten de belangrijkste zaken uit en zullen ons voornamelijk laten leiden door de klank en de (intuïtieve) bediening. Het spreekt voor zich dat we alle functionaliteit wel meenemen in onze strenge scorelijsten.

De Arcam heeft in tegenstelling tot de meeste kandidaten een ingebouwde DAB+/FM tuner en ja de DAB+ tuner is een plus, maar o wat een genot om weer een kwalitatief goede FM tuner te mogen hebben! De bediening van de FM tuner was wel een dingetje. In het donker. Na vijf minuten ‘trial & error’ en een zenuwinzinking verder toch maar de duimendikke meertalige handleiding erbij. En ja, we hadden natuurlijk de remote nodig om de tuner op een radiostation af te stemmen. Dom van ons. Gelukkig heeft de remote een achtergrondverlichting, maar om overal en altijd naar de remote te moeten grijpen vinden we wat erg omslachtig. Hiervoor hadden we graag twee extra buttons op het front gezien. ‘Tuning up’ en ‘tuning down’. Niet dat deze er niet meer tussen zouden passen, zeg maar.

Arcam MusicLife

De SR250 heeft, net als meerdere kandidaten een UPnP DLNA-interface, waarmee muziek van de NAS kan worden gestreamd. Hiervoor downloaden we de Arcam MusicLife applicatie uit de appstore. Het moet gezegd worden, de MusicLife app van Arcam is een van de meest prettige DLNA-apps die we onder ogen hebben gehad. Het werkt intuïtief, overzichtelijk en vooral snel. Een zoekfunctie kunnen we zo snel niet ontdekken, maar met een slimme mapstructuur op de NAS wordt het navigeren met MusicLife een feest. Met een paar extra klikken kunnen ook de meest basale functies van de SR250 worden geregeld. En wanneer u tijdens het streamen via MusicLife belt of wordt gebeld, dan maakt de Arcam het spelende nummer af, maar wacht met het voortzetten van de playlist totdat het gesprek is beëindigd. Briljant. Blijkbaar ‘bellen’ de smartphone-app ontwikkelaars van Arcam ook wel eens met een smartphone.

Natuurlijk werkt de Arcam ook prima samen met Audiostation en de DS-Audio app van Synology of een andere DLNA-applicatie naar keuze. Wij hebben echter een lichte voorkeur voor de MusicLife app. Deze toont namelijk meer tekst en ook nog eens het bestandsformaat en sampling frequentie.

De Arcam kan streamen van verschillende ‘bekabelde’ bronnen. Niet via Bluetooth of via Wi-Fi. We sommen even op: USB streaming van een geheugenstick, vTuner internetradio, Spotify, helaas geen Airplay, maar wel via DLNA. Het is jammer dat de streamingcapaciteiten van de SR250 beperkt blijven tot 24bit/48kHz. En dan ook nog uitsluitend in WAV, WMA, FLAC, MP3 en MPEG-4 AAC. Deze laatste wel weer met DRM10 ondersteuning. Wij vinden dit op de vooravond van 2017 wat beperkt, maar we verwachten niet dat iedereen hier heel zwaar aan zal tillen. De SR250 ondersteunt geen gapless playback. Jammer. Misschien kan een toekomstige firmware update dit leed enigszins verzachten.

Nadeel van de streaming via de MusicLife app, je kunt niet snel even een track verder zappen met de remote. Hier heb je de MusicLife app voor nodig. Ook kan de Arcam niet ontwaken uit de stand-by modus via het starten van een MusicLife stream; de app kan de SR250 enkel vinden wanneer deze is aangeschakeld. Even wennen dus.

Dirac

Tot slot heeft de SR250 evenals zijn grotere broeders de geavanceerde Dirac inregelfunctie. De meetmicrofoon wordt af-fabriek meegeleverd. Dirac software is kosteloos via de website van Arcam te downloaden voor Windows en Macintosh machines. Klasse. Naar wens kan dit ook door een Arcam dealer worden ingeregeld tijdens de installatie thuis. Goed om in de overweging tot aanschaf mee te nemen.

Klank

Wanneer we afgaan op de klankeigenschappen van de SR250, moeten we bekennen dat we, direct uit de doos, onder de indruk zijn van het open en vooral rustige geluidsbeeld van de Arcam. Nergens hebben we het idee dat er iets extreem wordt aangezet in het geluidsspectrum, behalve dat het mid-bas gebied licht gedempt wordt weergegeven en het middengebied juist een fractie meer. Ondanks dit luisteren we naar ‘muziek’ in plaats van naar een ‘component’. Dit is prettig. Het laag loopt diep door tot in het sublaag en de controle is subliem. De SR250 is zeer snel, gedetailleerd en levendig. Dit is een plus, maar kan bij sommige heldere speakers een lastige match maken. In onze situatie heeft het middengebied een licht drukkend effect op ons.

Wanneer we alle digitale omzettingen hebben afgeschakeld, heeft dit niet tot gevolg dat het middengebied warmer wordt. Wel merken we op dat het geluidsbeeld een fractie minder wijds wordt geprojecteerd en de focus minimaal verbetert.

Het geluidsbeeld is met een meter links tot een meter rechts van de luidsprekerpositie, breed te noemen. De diepte in het geluidsbeeld begint circa een meter achter de speakers en loopt door tot ongeveer een meter van de luisterpositie. Het geluidsbeeld heeft echter niet de transparantie en finesse die sommige andere kandidaten wel hebben. En het bescheiden vermogen? Tja, wanneer u geen hele lastige speakers met de Arcam combineert, gewoon vergeten. De kracht en controle is, ook bij hogere volumes, dik in orde. Al met al zeer respectabele resultaten voor een ‘integrated’.

Dirac resultaten

Nu hebben we uiteraard ook de Dirac software uitgeprobeerd. De meegeleverde microfoon hebben we op een driepootje bevestigd en we hebben de Dirac Live software op onze Mac geïnstalleerd. Na het doorlopen van de door de software voorgestelde stappen – kijk hier naar de workshop van Dirac – is de meting binnen een half uurtje afgerond. Het vangen van de kat kostte ons meer moeite; het moet namelijk muisstil zijn voor de metingen. Hierna sturen we de configuratiefile via het netwerk naar de SR250 en schakelen we de Dirac correctie in. Het resultaat is echt verbluffend! Wanneer we de testscores voor en na correctie vergelijken, scoort de Arcam ineens een volle(!) punt hoger. Wij verwachten dat er zelfs nog betere resultaten mogelijk zijn wanneer de Arcam door een specialist wordt ingemeten.

 

Waar de klank eerder nog relatief koel en afstandelijk was, is de Arcam getransformeerd tot een warm-neutrale versterker. In het geheel ervaren we meer rust, een bredere sweetspot, een betere controle in het laag en een overtuigende mid-bas. Het midden is minder fel en krijgt meer definitie; hierdoor slibt het middengebied minder dicht en wordt de weergave veel transparanter. Koperwerk en stemmen hebben een meer realistische ‘timbre’ en klinken luchtiger. Waar we voorheen tevergeefs zochten naar microdetail, zijn deze ineens wel waarneembaar. Ook de focus en plaatsing worden beter. De Arcam brengt bovendien de atmosfeer uit de studio naar de woonkamer. Dit ervaren we doorgaans enkel bij perfect matchende high-end sets met een prijskaartje van minimaal vijf cijfers.

De Arcam presenteert zich als een alleskunner met twee gezichten. Wanneer u niet bang bent voor een meer complexe bediening en de vele aansluitingen als een zegen zult ervaren, dan is de Arcam een goede keuze voor u. Wilt u graag streamen in highres? Dan betekent dit een extra investering voor een goede streamer. De geluidskwaliteit van de Arcam is, zeker na het inmeten, erg goed. Dit vinden wij zelf een belangrijk criterium. In onze beleving is deze SR250 een van de beter klinkende Arcams die we in drie decennia hebben gehoord.

Score

Features 7.4
Klank 8.7 (met dirac)
Totaalscore 8.3
Goed: Klank, functionaliteit, connectiviteit, Dirac, App
Kan beter: Geen XLR, streaming wat beperkt, bediening

Winkels met Rotel

Pleinweg 136
3083 EP Rotterdam, Zuid-Holland, NL
Schoenmakersstraat 19
6041EX Roermond, NL
Grotestraat 23
5931 CS Tegelen, NL
St. Ceciliastraat 28
5038 HA Tilburg, NL
Breestraat 146-148
2311CX Leiden, Zuid Holland, NL
Theresiastraat 151 - 157
2593 AG Den Haag, Noord Holland, NL
St.-Katelijnevest 53
2000 Antwerpen, BE
Beethovenstraat 9-b
1077 HL Amsterdam, Noord Holland, NL

58 REACTIES

  1. Mede dankzij dit item ben ik uiteindelijk geslaagd in het vinden van een nieuwe hifi set. Het is AVM geworden: combi. 3.2 sa en 3.2 pa. Ze klinken goed met mijn B&W cm 10’s echter het upgrade bloed slaat nu al toe. Ik weet dat het een ouder item is maar willen jullie mij een schootsrichting geven voor een eventuele speaker upgrade? Ik weet dat zelf luisteren het meest belangrijk is maar AVM is redelijk beperkt beschikbaar en een beetje sturing qua welk merk speaker wel / niet / minder matched zou mij goed op weg helpen (zeker gelet de opmerking dat niet alle merken speakers even goed zullen matchen).

  2. Uw Multitest is niet helemaal eerlijk. Bij nadere bestudering zitten de versterkers zelfs niet een beetje in dezelfde prijsklasse. De Hegel H160 met standaard DAC kost 3K. De Moon Neo 340i D3PX incl. de optionele DAC kost bijna 5K. Dit is een te groot prijsverschil. En het is dan ook niet vreemd dat een versterker die meer dan anderhalf keer zo duur is, wat beter scoort.

    Behalve de happy few zijn de meeste audiofielen naarstig op zoek naar het beste voor de minste centen. Het aspect prijs-/kwaliteitverhouding speelt een belangrijke rol. Bij reviews in de Duitse audiotijdschriften valt mij op dat de prijs-/kwaliteitverhouding een onderdeel is van de test en ook van invloed kan zijn op het eindoordeel. Dat mis ik hier.

    Mijn keuze is gevallen op de H160. Ook de minimalistische uitstraling spreek mij aan. Ja, het oog wil ook wat 🙂 5K voor de Moon voelt niet goed. Spaar dan even door. 2 à 3K erbij en de top komt in beeld.

    Tot slot. Ik lees uw recensies met plezier en waardeer uw inzet en gedrevenheid.

    Wilko

    • Beste Wilko,

      We hebben de oordelen van de versterkers in de hogere klasse zonder de optionele dac gedaan. We hebben er wel naar geluisterd, maar we hebben hem weggelaten in het oordeel. Anders komen ze niet op 4000 euro uit. Overigens nemen we prijs wel degelijk mee. Dat is zelfs een groot weegpunt. Dat staat ook in de tabel. En in elk oordeel van losse tests.

      We waren in deze test ook bijzonder benieuwd naar hoe een ‘prijskraker’ als de NAD en Hegel het zouden doen. En ja: ze kunnen tot op zekere hoogte concurreren met de ‘big boys’.

      Fijn dat u de reviews kunt waarderen. Daar doen we het voor!

      • Beste Paul,

        Ik begrijp uw beredenering en – inderdaad – uw heeft de prijzen erbij vermeld. Toch ben ik van mening dat, naast een cijfer voor functionaliteit en klank, een cijfer voor prijs-/kwaliteitverhouding een welkome aanvulling zou kunnen zijn op uw multitest. Dit cijfer is vanzelfsprekend onnodig wanneer alle versterkers gelijk geprijsd zijn. In uw test zijn de prijsverschillen aanzienlijk. Zeker in het volgende (eerder genoemde) hypothetische geval. We kunnen er gewoonweg niet omheen dat wanneer iemand een goede versterker mét DAC wil aanschaffen het prijsverschil tussen de Hegel en de Moon maar liefst bijna 2K is. Terwijl het verschil in de totaalscores bijzonder klein is: resp. 8,3 en 8,6. (Ook al heeft u de DAC’s niet beoordeeld, omdat het in deze test u om de versterker ging.) In dit voorbeeld is het verschil in de prijs-/kwaliteitverhouding heel interessant.

        De H160 kreeg een EISA-Award (Best Product 2015-2016, categorie Amplifiers) en kreeg in 2015 van The Absolute Sound het predikaat ‘Product of the Year Award’. Denkt u dat Hegel deze toekenningen ook had gekregen, wanneer Hegel de H160 voor 6K op de markt had gebracht? Het aspect ‘value-for-money’ woog welzeker mee in de eindbeoordelingen.

        Goed. EISA, de audiotijdschriften, u … ieder doet reviews en tests op zijn manier en dat is ieders goed recht.

      • Hallo Jaap,
        Ik lees deze test 3/4 jaar later, maar vindt het eigenlijk wel interessant om een test met breder prijssegment te lezen.
        Aangezien ik eind volgend jaar een nieuwe set wil aanschaffen, is dit ideaal orientatiemateriaal. Ik weet nu wat ik ongeveer kan verwachten in deze prijsklasse. En ik leer wat techniek en achtergrond van onbekendere en kleinere merken kennen.
        Ik kan na zelf luisteren besluiten of evt ik meer geld zou willen uitgeven voor een beter geluid.
        Natuurlijk moet je een genuanceerd oordeel hebben, als je de goedkoopste en duurste met elkaar vergelijkt.
        Voor mij is klank de belangrijkste factor, dynamiek, plaatsing/geluidsbeeld en het loskomen van geluid uit de speaker ervaar ik als zeer prettig en een must. Lastiger om te beslissen is mate van kleuring… opgegroeid met opa zijn Quad en B&W of KEF wat ik als kind erg mooi vond.. en stiekem nog steeds aantrekkelijk vindt, maar als je probeert onafhankelijk te luisteren is een neutraler geluid logischer, maar wat is neutraal genoeg? na een NAD 3225PE en een Marantz/Philips PM80 met zelfbouw vifa 2 weg, welke ik nu zelf bezit, veel plezier van gehad, maar ik wil beter… de krachtige mooie zelfbouw scan speak/Krell combinatie van een vriend zet me aan het denken.,

        mvg
        Roy

        • Hallo Roy,
          Mijn eigen ervaring is dat een krachtige en stabiele versterker een prima uitgangspunt is in de zoektocht. Reviews kunnen u hierbij ter oriëntatie helpen. Een opvolgende luistersessie is een logische tweede stap.

          Vanuit hier zou ik een passende speaker zoeken waarmee uw persoonlijke smaak qua klank wordt benaderd. Zelf houd ik van neutraal, maar wat is neutraal en wat is neutraal genoeg? Goede vraag.

          Een beetje kleuring is helemaal niet erg. Het maakt luisteren vaak wat meer ontspannen. Zelf neem ik doorgaans de klank van een (hand)klap, woodblock of piano als referentie. Deze moeten realistisch op me overkomen en niet te groot (vet) of te klein (dun) klinken.

          Pas daarna beluister ik mijn favoriete albums. In dit stadium begin ik (thuis) te schuiven met de speakers in de ruimte tot ik de beste balans heb gevonden. Blijven alle instrumenten overeind en klinkt het geheel mooi ruimtelijk, lekker in balans en zitten er geen scherpe ‘s’ klanken in, dan ben ik op de goede weg. Met de juiste bekabeling zet ik tenslotte de puntjes op de ‘i’.

          Succes!

    • Dit is mijn favoriete multitest over geintegreerde versterkers. Ik heb hem meerdere keren gelezen en de sonische eigenschappen en features nauwkeurig met elkaar vergeleken om zo een shortlist te maken.. Daarna heb ik geluisterd naar de AVM (niet de geintegreerde, maar de voorversterker icm M30 mono’s), Neo, Rotel en op zoek gegaan naar de NAD.. Niet de C390DD, maar de M32. Helaas bleken er problemen in de software van de M32 te zitten, dus kon ik de versterker niet zo snel vinden.

      Ik ben het eens met Wilko dat niet alle versterkers binnen dezelfde prijsklasse vallen, maar ik ben toch dankbaar dat de Moon Neo 340i besproken werd. Hier is uiteindelijk ook onze keuze op gevallen. 5K voelde inderdaad niet goed, maar met een beetje onderhandelen en een goed gevoel bij de medewerkers van 010hifi voelde het heel goed.

      Ik sluit me ook graag aan bij Wilko’s compliment! Bedankt!

    • Dank voor het mooie compliment. De SE125 is inderdaad een hele mooie en vooral fijne versterker. Meer dan dit zul je niet nodig hebben om te kunnen genieten van muziek en films. Een uitgebreide review hebben we nog niet gepland, maar ik kan je via de mail wel antwoord geven op specifieke vragen over deze SE125.

  3. Mijn complimenten voor deze uitvoerige vergelijkende test! Wat een monniken werk, maar heel leuk om te doen lijkt me. Ondanks de hype en te grote verwachtingen die geschapen zijn, mis ik een verwijzing naar de MQA compatibiliteit die de NAD C390DD met de BlueOS streamer biedt. Uit persoonlijke ervaring weet ik dat het de weergave naar een nog hoger niveau brengt, maar goed het vergelijken met de andere versterkers gaat dan mank. Value for money zit nog steeds erg goed bij NAD blijkt ook uit deze test. Groeten!

  4. Die Rotel is functioneel en qua bouw wat mij betreft toch wel een toppertje met zijn bescheiden prijs t.o.v. de ddurdere anderen.
    Dat digitale bord ziet er geweldig verzorgd uit met die XMOS USB, ARM proc. en AKM chip-set.

    En dan zeggen jullie dit: “Het is vandaag de dag een echt gemis dat Rotel geen DLNA streaming heeft geïmplementeerd.”
    Maar wat heb je nu net geleerd bij b.v. die Hegel?
    En er zijn meer fabrikanten die hun klanten opschepen met halfbakken streaming-dingen in versterkers en eigenlijk niet goed weten wat ze ermee aanmoeten. (vooral ook software)
    Beter lijkt mij gewoon een los kastje specifiek daarvoor.

    • Inderdaad. De Rotel heeft echt een prachtige DAC en heel veel functionaliteit.

      DLNA streams klinken dan wel minder goed dan via een digitale ingang op de DAC, maar het is zeker niet superslecht. Het zijn kleine verschillen die bij A/B vergelijk hoorbaar zijn. Bovendien, functionaliteit en gemak telt ook. Wij vinden het derhalve fijn als het er wel op zit.

      Willen we nog beter, dan kan een ‘los kastje’ inderdaad betere resultaten geven. Afhankelijk van de streaming methode uiteraard.

      • Ik heb nog eens de test gedaan, en wat naar cd’s geluisterd als ook enkele dvd-a schijfjes gemaakt van hi-res downloads … beiden van een universele discspeler (marantz) via coax uit naar de Hegel H360 en het lijkt inderdaad beter dan streaming van de NAS. En ik had net al mijn zelfgebrande dvd-a schijfjes bij het grof vuil afgeleverd na aanschaf van de NAS. Inmiddels opnieuw 2 megapacks besteld en alles opnieuw branden dan maar totdat streaming 100% op punt staat (of zou Auralic Arie Mini met aangepaste voeding en 2TB SSD een betere oplossing zijn?). Streaming zal dan nog enkel gebruikt worden tijdens het werken op de pc als ik minder geconcentreerd luister of om nieuwe albums te ontdekken op Qobuz of Tidal. En inderdaad eens je het streamen met de Hegel onder de knie heb, en je weet hoe je de technische probleempjes kan oplossen gaat het goed, maar op gebied van klantenondersteuning toch wel een dikke onvoldoende. Toch niet normaal dat bij producten die x-aantal keer minder kosten betere klantenondersteuning hebben? Het lijkt wel of ze zich steeds aangevallen voelen als je een probleem aankaart. Klankmatig toch wel tevreden van grote broer H360. Aangezien jullie de H360 ook getest hebben, kunnen jullie een idee geven waar jullie deze zouden plaatsen in deze test? Puntenscore?
        Doen jullie ook een test van de KEF LS50 wireless in nabije toekomst?

        • Hallo Tim, De duurdere H360 speelt op een nog hoger niveau dan de hele goede H160. Maar om deze nu ‘blind’ in deze lijst te scharen zou niet helemaal eerlijk zijn naar Hegel noch naar de competitie.
          Nu hebben we een kritisch punt neergelegd bij de DLNA streaming methode, maar de verschillen zijn zo klein, dat de meeste mensen ze niet direct zullen horen. Dat zul je waarschijnlijk kunnen beamen. Wij zijn erg geoefend en hebben sets die dergelijke verschillen ook laten horen. Het is een beetje het verschil tussen twee goede componenten van verschillende merken.
          Over de ondersteuning, tja, daar gaat elk merk op zijn eigen manier mee om. Ongeacht de prijsklasse. Waarschijnlijk is het een incidenteel geval, maar we verwachten dat de fabrikant zich eventuele kritiek ten harte neemt.
          Veel luisterplezier!

          • Hallo Harro,
            Ik heb de Hegel H360 en gebruik de streamer met Tidal via de Bubble UPnP app.
            Het kwaliteitsverschil tussen de Nad m50 en de streamer van de Hegel lijkt me niet meer dan normaal , aangezien de prijs van de m50 2500 Euro bedraagt.
            Maar hoe lagen de verhoudingen met de Pioneer N50, die tenslotte een Dlna netwerkspeler is?
            Ik vroeg me ook af of bv. een bluesound node2 een verbetering zou zijn als de verschillen dan toch zo klein zijn.

          • Hallo Franky,
            De Bluesound Node2 is klankmatig zeer goed. Zelf heb ik die alleen niet A-B kunnen vergelijken, dus hier durf ik geen uitspraken over te doen. Ook durf ik geen uitspraken te doen in relatie tot de H360. Deze heb ik niet onder dezelfde condities beluisterd.

            De verschillen tussen de N50 en de H160 via DLNA zijn in elk geval hoorbaar. Tussen de M50 en de H160 zijn deze nog een beetje beter hoorbaar. En dit is, zoals u zelf al aangeeft niet meer dan normaal.
            Hetzelfde vergelijk zal opgaan bij – bijvoorbeeld – een geïntegreerde phonotrap ten opzichte van een kwalitatief goede externe phonovoorversterker.

            Tijdens onze tests speuren we juist naar deze kleine verschillen om onze lezers optimaal te informeren, maar als we een album beluisteren vinden we dit helemaal niet belangrijk. Als het lekker en ontspannen klinkt, dan zijn we tevreden. Ik zou me er dus niet teveel zorgen over maken en naar ‘muziek’ luisteren. Niet naar de ‘set’.

  5. Bedankt voor weeral een zeer interessante vergelijking!

    Wat betreft Hegel, het probleem ligt nooit bij hen, zelfs als het wel degelijk zo is. Ik had de Hegel HD30 DAC en die had een probleem met USB, het geluid viel met intervallen weg. Volgens Hegel had ik een te dure USB kabel en moest ik het proberen met een USB printer kabel. Na veel gezeur bleek het toch de DAC te zijn die defect was. Echt geen goede klantenservice. Mijn dealer heeft het wel opgelost met een andere DAC.

  6. Eerst slaat men je rond de oren dat lossless- en hi-res streaming (wired) alles overtreft, en nu ineens zou een cd-speler of luidruchtige computer met usb-kabel beter zijn?

    De review van de Hegel vind ik nogal tweeslachtig. Eerst een hele waslijst van problemen, om daarna te concluderen dat alles perfect gaat.

    Persoonlijk heb ik de grote broer Hegel H360 een tijdje, en daar hoor je soms een tik als je te snel een bestand wil afspelen vlak nadat je de playlist hebt toegevoegd. Laat 2-3 seconden ertussen en er was geen probleem (voor bestanden tot 96kHz-24bit naar mijn ervaring). Ik heb het dan over streaming vanaf Qnap TS253a met 2 HGST schijven van 7200rpm. Wat bij mij wel hielp was dagelijks de “Media Streaming Add On” opnieuw te starten (inloggen via Qfind pro) en bij tab Media-ontvangers, het formaat op “Origineel” te zetten voor zowel de Hegel als NAS. Als server was Minim in mijn opinie beter dan Twonky (lees minder bugs).

    Een eigen app of betere ondersteuning van Hegel zelf zou inderdaad geen overbodige luxe zijn. Ik heb zo de indruk dat ze telkens weer lastige vragen afwimpelen en de gebruiker (en dealer) aan hun lot overlaten.

    Het is als streaming-leek in het begin nogal zoeken en vaak frustrerend. Dat terwijl je bij bv. een Bluesound van een fractie van een prijs een externe nas binnen enkele minuten aan de praat krijgt. Het geluid is inderdaad minder, maar het werkt onmiddellijk en dat is toch waar bij veel mensen het om te doen is. Wat ben je met een apparaat van 5000€ als je het niet deftig aan de praat krijgt, en steeds je dealer moet lastigvallen in zijn vrije tijd?

    Ik vrees dat Hegel hier toch dringend werk gaat van moeten maken als ze hun minder technisch onderlegde fanbase niet willen verliezen.

    Werden bij alle versterkers dezelfde speakers gebruikt?

    Hoe hoog zou u de Hegel H360 inschatten t.o.v. de H160. Persoonlijk vond ik het verschil toch nog groot.
    Ik had graag een direct vergelijk gezien met de H360 en de andere versterkers. Alsook de speakers, randapparatuur in de test gebruikt.

    En finaal de allergrote vraag voor mij … Hoe doen deze apparaten het t.o.v. de nieuwe KEF LS50 Wireless?
    Er zijn nog andere actieve oplossingen (goedkoper en duurder – KII, Dynaudio,…) maar KEF lijkt me het best qua aansluitingen tot zover.

    Ben echt wel serieus aan het overwegen om alle bakjes de deur uit te doen, als de actieve KEF ergens in de buurt komt van deze apparaten (als ik bepaalde reacties mag geloven van op bepaalde shows is dit het geval, en staat hij dichter bij de Reference-serie dan de R-serie?)

    Tja hifi het blijft een zware hobby 🙂

    • Wat betreft de Hegel nog verder:
      eens de streaming werkt is het een fantastisch apparaat, de power waarmee hij de speakers aanstuurt is fenomenaal.
      Het geluid zelf, daar ga ik niet over oordelen. Ieder zijn eigen smaak.

      Ik heb zo wat een “live optreden”-gevoel bij de Hegel. Krachtige ruwe performance die teruggrijpt naar de essentie van de muziek en zich niet verliest in kleine details.

      Je moet er voor zijn. Ik ken 2 audioliefhebbers, eentje was onder de indruk en de andere vonder er niks aan…

      Volgens mij is er geen middenweg bij de Hegel, je bent ofwel voor of tegen het geluid. Dat moet iedereen voor zichzelf beslissen, want smaken verschillen nu eenmaal.

    • De H160 en de H360 zijn klankmatig echt verschillende machines. Het prijsverschil is ook significant. De H160 presteert erg goed, zeker wanneer we vervolgens naar het prijskaartje van de H160 kijken.

      Tja, er werd in het verleden zoveel gezegd over digitale overdracht. Zelfs MP3 zou cd-kwaliteit hebben. Wij weten ondertussen wel beter.

      Met DLNA is het super makkelijk om via het netwerk te streamen. Helaas is de geluidskwaliteit via DLNA minder dan de kwaliteit via PCM naar de DAC. Ook van lossless bestanden. Dit is geen content-ding, maar lijkt een overdrachtsprotocol-ding. Dit hebben we bij vele streamers ervaren en tijdens deze multitest kregen we dit nogmaals bevestigd. Hier kan Hegel ook niets aan veranderen. We vinden het wel fijn dat het er op zit.

      De geschetste problematiek is echter wel vervelend. Hopelijk kan Hegel dit met een firmware update verhelpen.

      • Het “probleem” met DLNA is dat het vaak onduidelijk is wat er gestreamed wordt.
        JRiver had jaren lang MP3 als default, scheelt een hoop bandbreedte!
        Is gecontroleerd of de DLNA server ook daadwerkelijk bit perfect (zelfde bitdepth en sample rate als de source) naar de renderer stuurt?
        Wat gebeurt er als je de server dwingt om raw PCM te versturen?

  7. Onlangs hebben jullie ook de Yamaha A-S2100 getest en deze stond naast de Hegel H160 ook op mijn lijst om te beluisteren met luidsprekers. Nu is sowieso mijn interesse gewekt voor andere versterkers door jullie test, maar ik vroeg me af hoe jullie de Yamaha zouden plaatsen ten opzichte van deze versterkers?

  8. Uitstekende test en vooral ook de opzet en de wijze waarop er naar de verschillende versterkers wordt gekeken. Bij een aantal herken ik de karakteristieken, maar ook een aantal die ik nog niet zo had beoordeeld. Ook de gekozen twee setups zijn interessant. Het toont aan dat dit soort achtergrond informatie van groot belang is voor iedereen die zijn installatie wil upgraden. En tevens dat de keuze vervolgens ook wordt bepaald door de juiste combinatie van de overige componenten in de keten. En dat kan dus alleen met luisteren.

  9. Mooie test die veel duidelijk maakt tussen de geteste versterkers, zelf heb ik uit deze test ook diverse versterkers beluisterd en met de eindconclusie kan ik het wel eens zijn.
    Zelf heb ik na veel luisteren uiteindelijk de Audio GD Master 10 aangeschaft wat een zeer mooie versterkers is en veel van de door mij beluisterde versterker ruimschoots verslaat.

×